vrijdag 20 juni 2014
Uitsluiting (2014)
Absolutistisch antiracisme. Een paar gedachten
In zijn imposante studie Massa en Macht klaagde Elias Canetti dat hij zich vanuit huis deelnemer wist aan openbare executies. Dat was vanwege het openslaan van de ochtendkrant. Ruim vijftig jaar later serveert het internet vanuit elke standplaats dag en nacht terechtstellingen. Een recent voorbeeld is het wel en wee rond een vermeend racistische sportcolumn van Hans Vandeweghe, culminerend in een publieke opzegging van het mediapartnerschap met zijn krant De Morgen door cultuurhuis KVS.
Het voorval leek het verzadigingspunt van aantijgingen, die door de aanstichters niet weerlegd werden. Ik benijd scribenten die Vandeweghe’s column oprecht als racistisch bestempelden. Dat mijn vermogen tot het uitspreken van zo’n ondubbelzinnig en overzichtelijk vonnis tekortschiet, komt mogelijk door vakidiotie. In literatuur en literatuurwetenschap zijn zulke gevallen nog altijd niet opgeklaard (radicaler getreiter van Gerard Reve verleidde Mulisch tot het boekje Het ironische van de ironie). Hoe elastisch is het begrip ‘racistisch’? Wanneer eindoordelen als over Vandeweghe het resultaat zijn, zou met het werk van vele ‘foute’ annex ‘collaborerende’ auteurs nogal een bodem onder het totale corpus teksten worden weggeslagen.
Vandeweghes bespiegelingen over Afrikaanse sporters, desgewenst gevoed door anekdotisch beeldmateriaal, vallen voor mij, Hollandse middenstander, vooralsnog onder het genre-Brusselmans, mogelijk uit de school van Humo. Maar al geef ik die indruk meteen cadeau voor een betere, ze verandert niets aan de stellingenoorlog die de affaire ontketend heeft – dwars tegen de goede bedoelingen van de mensen die een daad wilden stellen of die lucht gaven aan hun verontwaardiging. Wie vochten er allemaal in mee?
Media
Het curieuze is dat er voor het bericht over de KVS-actie geen journalistiek onderzoek hoefde te worden gedaan. Op de website van het Brusselse cultuurhuis stond de hele mededeling al klaar, inclusief argumenten. Nieuwsgaring bestond uit forwarden.
Die primeur kwam maandagmiddag van DeWereldMorgen. In de loop van de daarop volgende uren brachten collega-media, digitaal, de mededeling eveneens. Daartoe hoefde niet naar de ontdekker van het bericht te worden gewezen, maar kon de site van de KVS volstaan – voldoende opvullende citaten in voorraad. Er volgde dus een explosie van kopieën.
Een notoir verwijt aan media is narcisme. Ook deze kwestie van het partnerschap getuigde van een grote belangstelling voor zichzelf, die niet hoeft te rijmen met wensen van de buitenwereld. Daarbij waren alle brengers van het nieuws onontkoombaar partij in het medialandschap als geheel, hetzij in hetzelfde of in een ander concern, hetzij onafhankelijk. De meeste ontvangers van het bericht wisten vermoedelijk echter niet eens dat KVS en De Morgen een samenwerkingsverband hadden. Hun bizar grote interesse ging dan ook uit naar een ander facet van het bericht: racisme. Het publiek werd op zijn wenken bediend, doordat de zondebok, geheel volgens de trend tot personalisering van het nieuws, met naam en toenaam ter plekke werd veroordeeld.
Op de bronplek zijn inmiddels twee hyperlinks aangebracht. Ze leiden belangstellenden naar twee radiozenders, die de artistiek leider van KVS interviewden over de kwestie. Ook dit staaltje journalistiek was wezenlijk navolgend. Het bracht het nieuws van de dag, dus datgene wat de schifting uit de informatiestroom had doorstaan. Ook kan men doorklikken op de KVS-site naar een artikel dat, onder de niet mis te verstane titel ‘De foute vragen over racisme’, de radio-interviews in de tweede graad verdedigt.
Consumenten
Niet het bericht op DeWereldMorgen veroorzaakte de spectaculaire verbreiding van het nieuws. Het was de bestaansbevestiging van het bericht, vlak na de lunch, op Facebook en Twitter die alle remmen los deed gaan. Dat viel enigszins te verwachten, omdat ‘racisme’ de laatste tijd onbetwiste lezerspieken teweegbrengt, ver boven vertrouwde topics als milieu en onderwijs. Maar nu kwamen er per minuut makkelijk honderd hits bij en ook retweets hielden er een verbluffend tempo in.
Ik vond het een griezelige concretisering van het type executie dat Canetti uit de stoel beschreven had. Het deed geen goed aan mijn mensbeeld. Sowieso ging de Eerste Wet van Kregting aan duigen. Deze verbiedt mensen te zaniken over werkdruk, indien ze bij dat werk ronddarren op sociale media. Mijn ontdekking is dat volgens die definitie bijna niemand meer zou werken.
Wel dunkt het me nog vreemd dat werknemers hun concentratie permanent laten verstoren, gevolgd door onmiddellijke, krasse oordelen. Er ontstond een stemming die ik eerder met Dag allemaal zou verbinden. De explosie van kopieën kreeg iets gewelddadigs. Het kan haast niet anders dan het gevolg zijn van het medium zelf dat, zoals dat heet, viraal ging.
Sociaal
Over Facebook is al veel gezegd, bijvoorbeeld als hulp bij activisme dat de Arabische Lente er zo veelbelovend deed uitzien. Toch lijkt me deze kritische rol van het medium veeleer uitzondering dan regel. Voordat er digibetisch cultuurpessimisme boven deze aantekeningen losbarst, meld ik maar even dat ik het niet eens wil hebben over de verwatering van opinies of het risico propaganda te faciliteren.
Naar mijn overtuiging is Facebook toch vooral een medium voor reproductie. Het oefent in conformisme. Je hoeft er niets voor te kunnen of te weten. Het volstaat het duimpje omhoog of omlaag aan te klikken. En zo mee te doen aan een accumulatie van voor- en tegenstanders, zonder toevoeging van waarde. Zelfs de meest fervente antimarxist ontkomt er niet aan in Facebook (nog los van activiteiten op de beurs en ecologische gevolgen zoals een surplus aan stroom en gsm-straling) het ultieme kapitalistisch instrument te zien.
Waarom doen ook de meest fervente tegenstanders van dat systeem eraan mee? Kennelijk is één verleiding van Facebook te groot: je kunt buiten – maar door de immense omvang in zekere zin tegelijk binnen – de publieke ruimte een exclusief groepje mensen deelgenoot maken van jouw en hun doorgekopieerde identiteiten die zich in hyperlinks aandienen. Dat soort forwarden, sharen geheten, verwekt een McDonaldisering van de informatie.
Geconfronteerd met toenmalige media had Elias Canetti het over de krantenlezer die de executie voltrekt. Maar zijn constateringen gaan evengoed op voor een Facebooker die het racismebericht verspreidde: ‘Hij geeft zijn bijval pas als alles voorbij is, niet het kleinste spoortje van medeschuldigheid doet afbreuk aan het genot. Hij is nergens verantwoordelijk voor, niet voor het vonnis, niet voor het ooggetuigenverslag, en ook niet voor de krant die het verslag heeft afgedrukt.’
Bedoelingen
De verontwaardiging over het vermeende racisme van De Morgen in het algemeen en over dat van Vandeweghe in het bijzonder was eclatant. Maar wat houdt zo’n verwijt eigenlijk in? Volgens mij is racisme het trefpunt van twee assen: selectie en veralgemenisering. Het eerste dient om de context weg te poetsen, het tweede om uit die reductie verregaande conclusies te trekken.
Vanuit dat perspectief sprong op sociale media in het oog, dat in deze zaak de pot de ketel aan het verwijten was. Die diagnose viel overigens ook te stellen bij mensen die De Morgen bleven steunen en die de KVS-actie hypocriet vonden. Dit schisma tekende zich af: tegenstanders van de KVS betoonden zich giftig, voorstanders pedant. Maar zeker nu onlangs weer eens kond is gedaan van onbedoeld en goedbedoeld racisme vind ik het interessant de vele blijken van sympathie met de breuk te bezien, die racisme aan de kaak stelden.
Ze toonden zacht gezegd een nogal krachtig wij-zij-denken. Blind golden als boosdoeners ‘de journalistiek’ en ‘de commercie’. Uiteraard kon Hans Vandeweghe, schier van kinds af, al helemaal geen goed doen. Ik weet niets van hem, maar mocht hij een prettige verstandhouding hebben met vrienden, familieleden en geliefden, dan zullen die mensen niet hebben kunnen lachen met wat er over hem met de beste sociale bedoelingen is beweerd.
Sommige racismebestrijders ageerden ook tegen grote bedrijven met de termen 'zij' en 'hun'. In hetzelfde pak redenaties kregen voetballiefhebbers slaag, en werd de bekrompenheid in de verf gezet van hen die ‘culturo’s’ geen warm hart toedragen. Kennelijk kon bij het al die oprechte verontwaardiging over De Morgen niet uitblijven om ook ‘de N-VA’ te wraken. Iedereen mag natuurlijk zijn eigen pH-waarde ontwikkelen, maar het gemiddelde aantal veralgemeniseringen lag daarbij wel erg hoog. Daarbij was het steevast de ander die de kwaaie pier mocht wezen.
Hiermee wil ik niet suggereren 'dat racisme relatief is'. Misschien wel dat dit antiracisme absolutistische trekken vertoonde. En dat Facebook ze op perverse wijze stimuleerde.
De bron
Bleef de KVS zelf wel gespaard van de kwaal die ze bij de ander vaststelde? Als het gaat om het aspect van selectie, bleef ze alvast in gebreke. Alle aandacht en energie op de site ging uit naar De Morgen, terwijl onvermeld bleef dat actrice Vera Veroft overleden was. Toch was ze volgens mij een paar decennia aan het instituut verbonden geweest. Gingen de zaken even boven het meisje?
Essentieel beet het antiracismebetoog zichzelf in de staart door Vandeweghe in eerste en laatste instantie representatief te stellen voor een organisatie waarin toch nog een paar andere stemmen klinken. En wanneer de sportjournalist inderdaad zo’n minkukel was, dan zou het schril wezen hem dusdanig belangrijk te maken dat er een partnership op kan stuklopen.
Het besef van zulke tegenstrijdigheden moet bij de KVS zijn doorgedrongen, omdat ze daarnaast positieve, onvandeweghiaanse kanten aan De Morgen noemt. Dan komen er curieuze zwenkingen. Yves Desmet wordt bijvoorbeeld geprezen om zijn ‘antiracisme standpunten’. Deze behoren tot de core business van de KVS maar vormen een fractie van wat de man in zijn lange jaren voor De Morgen gepubliceerd heeft. Het compliment is per saldo een voorbeeld van Alain Badious ‘motto van de geciviliseerde veroveraar: “Word zoals ik, dan zal ik je verschil respecteren”.’
Andere complimenten reserveert de KVS voor Afrikaanse artiesten met wie recente, succesvolle optredens zijn gedaan. Over hen wordt vervolgens gemeld: ‘KVS-artiesten van hetzelfde kaliber als Josse De Pauw, Arno Hintjens of Tom Lanoye’. Maar waarom zouden Afrikanen van minder allooi zijn? Bovendien zal over het kaliber van deze Belgische namen nog te discussiëren zijn, maar niet over het feit dat uit het ontzagwekkende bestand van KVS-artiesten zij een rol speelden in acties die met kracht van argumenten en retoriek de N-VA tot de orde riepen: Niet In Onze Naam (2011), hernoeming Pieter de Coninckplein (2012). Uit deze hint komen de duistere aantijgingen in de sociale media tegen die partij allicht vandaan. Impliciet provincialiseert de KVS zijn punt dus – en schept, naar facebookiaans recept, een dichotomie tussen twee parochies. Aan het eind van het stuk noemt het zich dan Politiek Correct, als geuzennaam.
Ook andere verwijten krijgt de KVS als een boemerang terug in het gezicht. Men onthult ‘discreet’ contact te hebben gezocht met De Morgen om de racistische medewerker te gispen. Maar precies die niet-publieke benadering hoort bij het standaardrepertoire van vooroordelen over postkatholieke ‘culturo’s’ die hun zin willen krijgen.
Aporie
Bij mij vat de indruk post dat de KVS-verklaring, ‘een ondubbelzinnig signaal’ naar eigen zeggen, bij believers én disbelievers eigen standpunten heeft bekrachtigd. Twee passages kunnen dat hopelijk verhelderen:
En mogen we er ook even aan herinneren dat de heer Vandeweghe niet bepaald aan zijn proefstuk toe is? Op 7 mei 2007 schrijft hij in DM over vrouwentennis en Serena Williams: 'We hebben het hier over een farce van een sport, waarin dit jaar een dikke negerin van haar strand in Florida kwam, twee diepe kniebuigingen maakte en tot haar eigen verbazing merkte dat ze zonder hulp weer recht was geraakt, waarop ze een ticket voor Melbourne bestelde en ter plekke de eerste grand slam van het jaar won.' Op 10 november van dat jaar kwalificeerde hij, opnieuw in DM, vrouwentennis als 'vetmesterij' en Serena Williams als 'de Opperzeug'. Op 7 december 2013 schrijft hij in De Standaard en in een column getiteld ‘FC Homo’: 'Homoseksualiteit in de sport is een beladen onderwerp. In de eerste plaats dan voor de holebi's die niks met sport hebben, maar menen dat al hun gelijkgeaarden door die vreselijke macho's en bitches van hetero's verplicht worden in de kast te blijven. Een foute veronderstelling. Ik heb 17 jaar aan teamsport gedaan in 14 verschillende ploegen en ik kan mij geen homo voor de geest halen. '
Negers, vrouwen, homo's: het is een bekend lijstje.
Voor believers moet dit een knock-out zijn aan de perfide tegenstander: de kwalificaties van Serena Williams zijn schandalig. De opstelling daartegen en de gedecideerde consequenties daaruit zijn inderdaad Politiek Correct. Disbelievers zien echter vooral een KVS-stagiaire koortsachtig het hele dossier-Vandeweghe doorspitten naar extra belastend materiaal. En een zeven jaar oude passage opdiepen, waarover het lastig oordelen is bij ontstentenis van zijn eventuele teksten over andere tennisters, uit binnen- en buitenland.
Aan de vooroordelen van wie refereert het ‘bekend lijstje’?
Een tweede passage die naar mijn idee de geloofsgroepen splijt, staat aan het slot. Daar refereert de KVS aan een opiniestuk van modeontwerpster Rachida Aziz, dat ook apart op de site gepost is. Het cultuurhuis sluit zich bij haar geciteerde woorden aan. Voor believers is dit een prachtige geste om het slotwoord aan een allochtoon te geven. Mogelijk grinniken ze bij de expliciete vermelding dat het uit De Standaard komt, dé concurrent van de voormalige mediapartner in dit marktsegment.
Disbelievers proeven in Aziz’ conclusie dat ‘racisme diep zit ingebakken in onze samenleving’ een generalisatie waarop desgewenst grote woorden te plakken zijn. Dan is de tendentieuze boodschap uitbesteed en kan de KVS, zoals Canetti al voorspelde, niet aansprakelijk worden gesteld. Dat mag eerder Politiek Incorrect heten. Wie kwaad wil, kan er zelfs aan herinneren dat het verrichten van het vuile werk door Afrikanen in de Belgische geschiedenis een precedent heeft.
Reacties op dit opiniestuk kunnen desgewenst hier worden gegeven.