Toelichting, mogelijkheid
voor suggesties & correcties: hier.
Abraracourcix. In Nederlandse vertalingen van Asterix
& Obelix de oorspronkelijke, ongewijzigd overgenomen naam van de
stoutmoedige leider der Galliërs, die alleen van zijn schild viel wanneer zijn
dragers er de brui aan gaven, in volle vaart remden of geen rekening hielden
met de hoogte van een deur. Op zulke drama’s anticipeert hij in De broedertwist (oorspronkelijk: Asterix en de diepe kloof) met een
schild op wieltjes dat stabieler zou zijn – tot het over een kei wordt
getrokken. Dit was het eerste album dat, na het ontvallen van tekstauteur
Goscinny, volledig door tekenaar Uderzo was verzorgd. Decennia later, in 2002,
werd Abraracourcix hernoemd tot Heroïx. Was er wat voorgevallen? Onderging de
kennis van het Frans of het Nederlands een spectaculaire metamorfose?
Merkwaardig vind ik verder dat in zijn onverschrokkenheid Abraracourcix een
sedentair personage is. Alleen nadat Caesar had beweerd dat de Belgen dapperder
zijn dan de Galliërs, bracht de hoofdman dat vreemde land persoonlijk een
bezoek. Dit verhaal over de Zuidelijke Nederlanden is het laatste dat Goscinny
schreef.
Afgunst. Menselijke
eigenschap, democratischer dan hoogmoed, die tot noodlottigheid kan leiden. Zo
scheen de Satan het in zijn jonge hemeljaren al niet te kunnen verdragen dat
Jezus was uitverkoren tot Messias. Het gevolg van die negatieve sensatie
vertolkte in Paradise Lost de brave
waardige engel Abdiël: ‘I see thy fall / Determined’. Overigens schmiert God
dan wel door, na voorbereidend werk van twee martiale engelen, Jezus de finale
klap te laten uitdelen, mede opdat roem de zoon deelachtig wordt als Vorst en
Erfgenaam – overdeterminatie. Grappig dat later de Satan in de gedaante van
slang Eva op andere gedachten brengt door te stellen dat kennis van goed en
kwaad altijd van pas komt en dat God kennelijk niet verdraagt dat mensen
hetzelfde weten als hij, uit ‘envy’ (in ‘heavenly breasts’)!
Antiquariaat.
Opvanghuis voor boeken die, vanwege de hoge omloopsnelheid, niet eens gevallen
hoeven te zijn. Encyclopedieën worden er wel niet meer ingekocht.
Arabier, De. Naam van het Camus-personage dat door de kolonist Meursault, met de zon
als getuige, op een Algerijns strand met vijf kogels wordt neergeknald, na een
mes te hebben getrokken. Komt onder die naam 25 keer in L’étranger voor. Desgewenst te vervangen ‘door duizend soortgenoten
of zelfs door een raaf of een rietpluim’, stelt romanschrijver Kamel Daoud die
hem meer dan een halve eeuw later alsnog een naam gaf: Moussa. ‘Weet je, ik heb
me nooit Arabier gevoeld. Zoals ook het negerdom alleen bestaat in de blik van
de blanke. In onze wijk, in onze wereld was je moslim, je had een naam, een
gezicht en een routine. Verder niets. Die anderen waren “vreemdelingen”, de
roemi’s die God hiernaartoe had gebracht om ons op de proef te stellen, maar
van wie de uren hoe dan ook geteld waren: vroeg of laat zouden ze weggaan, dat
stond vast.’ Toch geeft L’étranger aan
de broer van de vermoorde inzicht in de ziel van de moordenaar, die roemi,
‘alsof ik zijn engel was’. Minder verheffend is de slotkwestie die Daoud moet
vermelden, welke nationaliteit de Arabier precies droeg.
Bergtop. In de Spaanse Pyreneeën, waar Sartre, naar getuigenis van Simone
de Beauvoir, haastig hele stukken tekst produceerde voor zijn filosofische
hoofdwerk L’être et le néant.
Brain, I Love My. Opschrift op de fietshelm van de gourmande,
geflankeerd door flamingo’s, met afstand haar favoriete dieren. Meer dan roze
steken ze ook fantastisch af tegen het zwart van de helm die bijna te mooi is
om op te zetten. In die zin is het bijna een geluk dat hij van de gangkast
gevallen is: men mag zo’n ding voor de veiligheid dan niet meer gebruiken. En
zo pronkt de helm met zichzelf, in volstrekte rust, op de kast die van de
zijkant gesteund wordt door de lichtval uit een raam boven de keldertrap. Op
zonnige dagen is deze braincatcher waarlijk een museumstuk.
Camus, Albert.
Schrijver van La chute, vertaald als De val.
Chute. Wending
in een sonnet, restant van een woord dat niet openging toen de zwaartekracht er
vat op kreeg. Woord uit Touretappes op de televisie, soms gevolgd door abandon.
Cons, Piège à. Valstrik
voor stommelingen. Zo noemde Jean-Paul Sartre in 1973 het fenomeen
verkiezingen, dat helemaal niet zo democratisch zou zijn als we denken. Dat
geloof ik ergens wel, al is er een gevaar voor scherpzinnige geesten die zulke
observaties doen: verstrikt raken in redenaties over andersdenkenden, met boem:
een val naar voren waarna een duivenei op het hoofd.
Dilemma. Van rechter Clamence in Camus’ De val: achterna springen in het koude
water, met alle risico’s van dien? Of doorlopen, met alle gedachtekronkels van
dien?
Eindelijk. Uitroep in de oorlogsjaren door een
bovenbuurvrouw van Camus. Ze kwam soms naar beneden, bij de hotelhoudster, met
de vraag om in haar aanwezigheid het avondeten te mogen nuttigen en kuste haar
dan. Na 31 jaar sprong ze en kon ze spreken, samen met een spleet van zes
centimeter in het voorhoofd.
Encyclopedie. 1.
Medelijdend om lachen, als zijnde een bizarre onderneming en er zelfs tegen
tekeer gaan (Idée Reçue). Hobbyprojectje van Voltaire
c.s., om de mensheid te ontstichten. Down
under in de geest object van magie, omdat kwantiteit en objectiviteit zich
lijken te verenigen. 2. Favoriet object taalkundig genie, omdat zulke objecten een
harde kaft hebben en veel bladzijden, twee basale voorwaarden voor haar hobby
van ‘boekvouwen’: door een vernuftig meetsysteem per bladzijde ontstond er,
dichtgeklapt bij zij-aanzicht, een figuur (hartje) of een woord (friends). Zelf sprak ze van de Winkelier
Prins. 3. Boek waarvan ik in mijn oerjaren de auteur meende te weten maar nog
niet te kennen: God. Alles zou worden verklaard.
Encyclopie. Bijnaam voor een encyclopedie, van mensen die spotten met de geleerdheid (cultural literacy) die erin zou staan of van mensen die er liefkozend aan dachten als razendtoegankelijk kennisproject (legal culture rally). Voor de eersten viel het ding door zijn opzet door de mand, voor de tweeden steeg het daarom juist in hun achting.